EiB header publiek

Het heden en verleden van Eindhoven

Responsive Navigation
Google Maps

Uw selectie...

Fotonr.:

34326

Bijdrager:

Jaar:

1941

Stadsdeel:

Centrum

Buurt:

111 Binnenstad

Straat:

Begijnenhof

Onderwerp 1.:

Niet bekend

Onderwerp 2.:

Niet bekend

Onderwerp 3.:

Niet bekend

Een reactie op deze foto insturen


Ik heb de algemene voorwaarden gelezen en akkoord bevonden

image




  • facebook
  • twitter
  • img
Begijnenhof

Beschrijving

Deze foto is gemaakt rond 1941 en toont ons een kijkje in de Begijnenhof. De foto heb ik mogen scannen van Riet Bakermans en is genomen vanuit de zijtak in de Begijnenhof. Op de foto staan Riet en haar broer Kees. De rij arbeiderswoningen aan de linkerzijde van deze zijtak werd 'De Kleine Gribus' genoemd. De familie Bakermans was eigenaar van deze woningen. De rechterrij woningen werd 'De Grote Gribus' genoemd. De oppervlakte van het eigendom hier was groter dan het geval was bij 'De Kleine Gribus'.

Riet Bakermans (1936) is bestuurslid van de Heemkundige Studiekring Kempenland en als zodanig een goede kennis van mij en en mijn vader Jos, die penningmeester is. Riet vertelde me dat op een zeker moment de gemeente Eindhoven eigenaar werd van panden in 'De Grote Gribus' en dat daar toen onder andere een woonwagenfamilie kwam wonen en dat er na verloop van tijd ook prostituees in kwamen. Ze benadrukte dat dergelijke mensen in hun 'Kleine Gribus' niet woonden.

De woningen recht vooruit zijn in 1943 gesloopt. Rechts achteraan zien we de achterzijde van het pand van het Kantongerecht, het rijksmonument Stratumseind 32.


Geplaatst op

13-09-2013

Email bijdrager

img

Reacties:

Datum: 15-09-2013
Naam: Gerard Strijards  
img

Riet Bakermans was mijn buurvrouw in de Veldmaarschalk Smutsstraat te Tongelre, vlak bij de eerste overweg, waar de sneltreinen langs kwamen denderen alsof ze dwars door je voorkamer reden. Althans zo ervoer ik dat. IJl getinkel van de beveiligingsinstallatie zette aan de voor de nachtrust bestemde tijd een bijzondere dimensie bij. Razend vervoer in een aanmerkelijk verstild leven, een opmerkelijk samentreffen. Daar, in dat stille, stille straatje, tegenover lage witte huisjes staan geschakelde bungalowtjes, met kleine voortuintjes. Het was mijn eerste huisje waar ik woonde. Mijn moeder was net komen te overlijden. Riet beschouwde mij dus min of meer als primair verweesd. Daar was ook wel reden voor, want ik stond, zeker in huishoudelijke zaken, redelijk onhandig in het leven. Ik kon nog geen spijker recht de muur in slaan. Nu nog niet trouwens. Maar nu kan het mijn buren niets verdommen. Het zijn gescheiden vrouwen op mannenjacht, dus dat is ook maar beter óók. Het is al meer dan dertig jaar geleden, dat daar in Tongelre. Riet was toen ook al heemkundig bezig, met een sterke oriëntatie op de Kempenlandse eigenheden; ze kon mij alles vertellen over de processie met de huifkarren die één keer per jaar rinkelend en met plechtig zwaar koper over de Tongelresestraat kwam op weg naar een Maria-oord onder Gemert. Aan boord van de karren werd menig glas genuttigd en dat leidde tot een opmerkelijk ontspannen sfeer onder de deelnemers, die meestal ter hoogte van die overweg in een of ander doffe zang uitbarstten waarvan mij de religieuze diepgang bepaaldelijk ontging mede omdat de voorbijrazende trein donderend een onbedoelde contrapuntische noot aan de plechtigheid bijzette. Maar dat legde Riet mij wel uit. En verder hoe het leven zo in elkaar zat, want dat had ik wel nodig, zo had ze vastgesteld. Zo was het. De buurtbewoners vonden dat óók, dus ik was veiliger dan in Sahrah's schoot. De buurtjes waren zeer op elkaar betrokken: het was een kleine Gribus. Die miste ik later wel in Den Haag. Daarom is het frappant thans, vanuit de Randstad, een foto aan te treffen waarop Riet wat bedremmeld naar de grond kijkt alsof ze haar laatste oortje versnoept heeft. Want destijds, daar in die Veldmaarschalk Smutsstraat, hoefde je haar niets wijs te maken. De ambtenaren op het gemeentehuis waar ze geëmployeerd was, trachtten dat wel. Doch kwamen van een koude kermis thuis. Van het Eindhovense kermiswezen wist Riet ook alles af. Wie in een Gribus opgroeit staat als Bakermans in de Bakermat van het volle leven, dat zeg ik er van.


Datum: 17-09-2013
Naam: Eric Kemperman  
img

Dit verdwenen stukje Eindhoven is in overzicht mooi te zien op luchtfoto 810. Daarop ook te zien dat het hoge pand op de achtergrond het oude kantongerecht, c.q. de Krabbendans is.


Datum: 18-09-2013
Naam: Kees van der Hoeven  
img

We zien de huisjes Begijnenhof 7-9. De huizen stonden al een aantal jaren op de lijst om gesloopt te worden. Het is te zien dat er geen onderhoud meer werd gepleegd. Het rechts ervan gelegen oude pand 11-13 is hier reeds gesloopt.


Datum: 19-09-2013
Naam: Eric Kemperman  
img

Kees, de slooplannen voor het Begijnhof dateren dus al van vóór 1940. Hing dat samen met de bouw van het nieuwe (nu het oude!) stadhuis?


Datum: 19-09-2013
Naam: Kees van der Hoeven  
img

Ja Eric. In 1930 besloot de gemeente over te gaan tot onteigening van Begijnenhof in verband met het Stadhuisplan.
Het geveltje rechts was vroeger overigens de zaak van poelier/ slachter J. Hertzberger. Een Eindhovense Jood. Hij komt op 70-jarige leeftijd in het concentratiekamp aan zijn einde.