EiB header publiek

Het heden en verleden van Eindhoven

Responsive Navigation
Google Maps

Uw selectie...

Fotonr.:

15461

Bijdrager:

Jaar:

1950

Stadsdeel:

Strijp

Buurt:

611 Eliasterrein, Vonderkwartier

Straat:

Strijpsestraat

Onderwerp 1.:

Bedrijven / Industrie

Onderwerp 2.:

Textielindustrie

Onderwerp 3.:

Elias

Een reactie op deze foto insturen


Ik heb de algemene voorwaarden gelezen en akkoord bevonden

image




  • facebook
  • twitter
  • img
Elias textielfabriek (9)

Beschrijving

.


Geplaatst op

02-04-2008

Reacties:

Datum: 06-04-2008
Naam: Sienie V.d.hurk-v.dommelen  
img

Dank aan Jan Joosten. Ik heb van 1950 tot 1953 bij Elias gewerkt op de afdeling verkoop binnenland. Zodoende kwam ik regelmatig in de fabriek om na te gaan hoe ver het met een order was en wanneer deze kon worden afgeleverd. Ik had regelmatig contact met de heer Buijltjes en ook met juf. Kuipers en juf. Hufmeier, dit waren afdelingschefs. In het textielmuseum in Tilburg was vorig jaar ook veel tentoongesteld van de firma Elias, zoals textiel, maar ook o.a. briefpapier. Ben benieuwd naar de andere foto's.


Datum: 08-04-2008
Naam: Jan Joosten  
img

Even een aanvulling. Dit is een kijkje in de zijdeweverij als ik me niet vergis. Dit denk ik te herkennen aan de transparante ketting, het zware harnas en de brede kaart. De boven de getouwen geplaatste machines zijn de Jaquardmachines. Met deze machines kan m.b.v. het aftasten van een kaart een dessin ingeweven worden. De zijdeweverij leverde ook cocktailstoffen e.d. Aan de ronde inslagpijpen-magazijnen is te zien dat deze getouwen al halfautomaten zijn. Het wisselen van de inslagpijpen gebeurt tijdens het weven. De grote ronde pijp boven aan het plafond is voor het in conditie houden van de luchtvochtigheid. In 1966 is de weverij verplaatst naar Asten, lwaar de heren Toon van Glabbeek en Roelofs de scepter zwaaiden. Alle commentaren zijn van harte welkom.


Datum: 08-04-2008
Naam: Albert Bockholts  

Dit is de zgn. Jacquardweverij, waar met behulp van Verdolmachines die boven op de ijzeren balken stonden, mooie patronen in de stoffen geweven konden worden. Zelf heb ik als leerling getouwsteller/wever twee jaar bij Baekers & Raymakers in de Jacquardweverij gewerkt. Jacquard is de man die in het Franse zijdecentrum Lyon de naar hem genoemde patroneermachine heeft uitgevonden. Tegenwoordig gebeurt dat computergestuurd, zoals dat heel mooi in het Textielmuseum in Tilburg is te zien.


Datum: 09-04-2008
Naam: Frans Gommers  

Het weverijdeel waar de japonstoffen werden vervaardigd was dat niet Ansonia-Elias? Ik herinner me vaag dat Toon van Glabbeek en Louis Roelofs het onderdeel verplaatsten naar Asten. Het bleef buiten de combinatie BEHTI (Baekers-Elias-de Haes Textielindustrie) waarvan de weverij in Mierlo werd geconcentreerd. Voor de samenvoeging en dus de sluiting van Elias voerden de heren Dolf en Thias Elias de directie, na de sluiting vertrok Dolf naar Zwitserland en Thias kreeg een baan bij Philips. Toen we Dolf na een half jaar terug zagen, leek hij wel tien jaar ouder geworden. Ik heb tot de sluiting nog op de afdeling Planning gewerkt. Het zicht op lege productiehallen was niet aangenaam, zo herinner ik me.


Datum: 10-04-2008
Naam: Frans Gommers  

Nog eens diep nagedacht over Elias en de bovenstaande foto, waardoor ik twijfel of dit wel de zijdeweverij is. De japonstoffen waren, voor zover ik me herinner, smaller en dit zijn brede getouwen en weefsels. Verder werden daar veel zwarte/donkerkleurige kettingbomen gebruikt, terwijl ik op de foto alleen wit zie. Het lijkt me daardoor eerder de 'gewone' jaquardweverij, waar met name het beroemde tafelgoed werd geweven.
Nog een opmerking over die japonstoffen-weverij. Er werd daar veel lurex-garen verwerkt. Een platte glimmende metaal-achtige draad, voor de (bling-bling) mode van die tijd.
Overigens was er nóg een bijzondere weverij binnen Elias, namelijk die waar elastische stoffen (voor corsetten enz.) werden geweven. Ik meen dat dit een combinatie was met een Amerikaans bedrijf, of mogelijk dat er onder licentie werd vervaardigd.
Zo had Elias meer aparte en bijzondere afdelingen. Een typisch in die tijd (60er-70er jaren) passende afdeling was de tufterij, waar chenille spreien werden vervaardigd. Daar was het vaak een 'stoffige' aangelegenheid.
Toen ik daar als 17/18-jarige werkte (1963-1964) was dhr Loots de bedrijfsleider. Van de afdeling planning herinner ik me naast Louis Roelofs nog Jacobs en de arbeidskundige van der Linden.
De sluitingstijd was, naast een droeve aangelegenheid, ook de periode waarin we om de tijd te doden voetbalden in een lege produktiehal. Of uit verveling met krammen (van paperclips gemaakt) tl-buizen stuk schoten.
En in de zomer was de afdeling trouwe klant bij de schuin tegenover gelegen ijssalon La Toscana. In de weken na Sinterklaas bezochten we veelvuldig Bakkerij de Korenschoof, wiens fameuze chocoladebollen dan een driedubbele laag chocolade hadden (althans in mijn herinnering).


Datum: 16-04-2008
Naam: Albert Bockholts  

De suggestie dat hier heel-, halflinnen of katoenen tafelgoed geweven wordt is heel goed mogelijk. Op het getouw links vooraan lijkt, door de glans, een rayonfilament ketting te liggen. Maar omdat linnen sterker glanst dan katoen, denk ik toch dat het linnen is. Dit uiteraard onder invloed van de lichtval. Verdere mogelijkheden zijn: rayonfilamentketting met slubkatoenen inslag als effectgaren. Dat werd vervolgens als weefsel geverfd: stukverf. De toepassing was : overgordijnstof.
=== Elias was geen producent van gordijnstoffen, waardoor het laatste niet aannemelijk is.
Bij halflinnen werd de (soepelere) katoendraad gebruikt voor kettinggaren en het stuggere linnen als inslaggaren. Een kettingboom van linnen duidt daarom op een heel-linnen weefsel.
Verder moeten we ons verplaatsen in een tijd dat vooral natuurlijke produkten werden gebruikt en verder half synthetische garens uit hoofdzakelijk cellulose zoals rayon (kunstzijde, ENKA Arnhem en Breda) en ook acetaat.
De eerste synthetische weefsels kwamen Nederland bijvoorbeeld binnen als de valschermen van de geallieerden. Pas veel later vond de productie daarvan in Nederland plaats. Als ik me goed herinner was het begin jaren zestig dat polyamide (Nylon), polyester (Terlenka), en polyacryl (Dralon) als hoofdgroepen op bescheiden schaal hun intrede deden.
Het overige deel van dit commentaar, dat voornamelijk gaat over Baekers Raymakers, heb ik verplaatst naar foto 914 (Baekers Raymakers) = Frans ===


Datum: 19-04-2008
Naam: Albert Bockholts  

Ik vraag mij af hoe het verder is gegaan met BETHI? Ik herinner mij van vroeger nog een advertentie in het Eindhovens Dagblad waarin reclame voor BETHI werd gemaakt. Denk dat het uit een serie is. Er stond nota bene een foto bij van Huub van den Heuvel aan z'n Carl Zangs zijdegetouwen.
Als ik bovenstaande foto zie, roept dat heel wat nostalgie op, en is het net alsof ik in m'n eigen Jacquardweverij kijk, die er net zo uitzag.